Boekverslag 5 De vlucht

 

 

Gemaakt door: Annemarie te Grefte

Klas: 4T2

Docent: mevrouw Owel

 

1. Zakelijke gegevens.                                                    

De titel van het boek is ‘De vlucht’. Het boek is geschreven door ‘Joost Heyink’. De uitgever van het boek is ‘Van Holkema & Warendorf’. Het boek is uitgegeven in het jaar ‘2009’. Het boek heeft ‘159’ bladzijdes.

 

2. De samenvatting.

Katja is een meisje van 17, als ze ontdekt dat ze zwanger is, is ze heel erg blij. Ze verteld het aan haar ouders, maar die reageren niet zoals ze verwacht had. Ze werden heel erg boos en wilden dat ze een abortus liet doen. Katja was het daar niet mee eens en na een hele avond ruzie maken met haar ouders heeft ze besloten om weg te lopen van huis. Haar neefje steven gaat met haar mee en een reeks spannende gebeurtenissen volgen.

Katja staat voor de spiegel en kijkt naar haar buik. Hij is nog net zo plat als altijd, ergens diep van binnen vindt ze dat wel jammer, want ze is zwanger. Ze gaat naar beneden en wil het haar moeder vertellen. Als ze haar moeder vertelt dat ze met haar wil praten werd zij helemaal zenuwachtig en praatte ze eroverheen, als Katja uiteindelijk heeft verteld dat ze zwanger is, is ze helemaal verbaasd en vraagt ze van wie het is. Katja zegt dat het van Mike is. Ze verteld ook dat Mike die dag ervoor nog had gebeld en had verteld dat hij niks met het kind te maken wilde hebben en het uit had gemaakt. Katja vond het heel erg leuk dat ze zwanger was en begon enthousiast te vertellen. Haar moeder zei tegen haar of ze het niet weg wou laten halen. Katja kon niet geloven dat ze dat zei en zei nee ik wil het houden. Haar moeder zei we zullen het er straks met je vader wel over hebben!

Als haar vader ’s avonds thuis komt van het werk en Katja vertelt hem dat ze zwanger is, wordt hij woedend. En begint hij te drinken. Hij wil dat Katja maandag nog naar de huisarts gaat om een afspraak te maken voor een abortus, maar dat wil Katja helemaal niet. Ze vertelt tegen haar vader dat ze het kind wil houden, waarop hij nog bozer werd en zei jij bent minderjarig, wij zijn verantwoordelijk voor jou. Je vergooit je hele toekomst als je dat kind krijgt. Haar vader pakte Katja stevig vast en schudde haar door elkaar en zei jij gaat maandag gewoon naar de huisarts. Er schoot een gedachte door Katja heen, ‘straks val ik achter over, één klap kan fataal zijn’. Ze trapte haar vader tegen zijn scheen en rende naar boven en deed de deur op slot. Haar vader riep boos van beneden dat ze terug moest komen, maar dat deed ze niet.

Ze ging op de computer en praatte met Steven haar neefje van 16 jaar via msn. Ze vertelde hem alles. Ze besloten samen weg te gaan. Steven vroeg of Katja wist waar de autosleutels van de rode Fiat Punto lagen, Katja wist wel waar ze lagen en zou ze die nacht meenemen. Die nacht sloop ze uit bed en ging naar beneden. Ze voelde in de zakken van haar vaders jas naar de autosleutels. Ze vond geen autosleutels. Er schoot een angst door haar heen dit kon alleen betekenen dat hij ze in zijn slaapkamer had. Katja raapte alle moed bij elkaar en haalde de autosleutels van haar ouders kamer en sloop naar buiten. Toen ze buiten was ging het licht aan op haar vaders slaapkamer.

Ze rende naar de auto waar Steven al op haar stond te wachten. Ze stapten in de auto. Katja moest de auto starten. Ze was zo in paniek dat het haar eerst niet lukte. Haar vader kwam steeds dichter bij. Toen haar vader bijna bij de auto was lukte het haar en reed ze weg. Haar vader kon niet meer volgen. Hij en stopte met rennen. Ze reden roekeloos in het rond, want ze wisten niet waar ze heen moesten. Ze besloten naar een bos te gaan. Uiteindelijk kwamen ze via een zandpad een bos tegen en bleven midden in het bos op het zandpad stil staan. Ze vielen daar in slaap.

De volgende dag werden ze wakker van het gefluit van de vogels. Steven zei tegen Katja denk je dat je vader aangifte gaat doen. Katja dacht van wel, omdat ze zijn auto mee hadden genomen. Steven zei dat ze van de auto af moesten komen, omdat de auto te veel opviel. De politie zal ze snel kunnen vinden, omdat het nummerbord dan is doorgegeven. Steven kwam met het idee om de auto te wisselen bij een oude garage. Daar hadden ze het waarschijnlijk niet zo gauw door dat er een auto weg was. Zeker nu niet, want het was weekend. Ze reden in het rond en vroegen of iemand wist waar een autogarage was. Uiteindelijk vonden ze er een. Een beetje afgelegen. Ze zagen een oud autootje staan. Steven wist hoe je de auto kon starten zonder sleutel, want dat had hij een keer van een vriend gezien. Het duurde wel iets langer voordat de auto startte, maar het was gelukt.

Ze reden nou in klein autootje, maar voor lang zal dat niet zijn. Ze hadden niet gelet op de hoeveelheid benzine die in de tank zat. De benzinetank was bijna leeg.

Wat Katja en Steven niet wisten was dat de eigenaar van het garagebedrijf ze weg had zien rijden. Hij had het doorgegeven aan de politie, dat er een auto was gestolen. De politie wist dus in wat voor auto ze reden.

Ze reden in het rond. Ze besloten richting Assen te rijden en dan in zuidelijke richting verder te gaan.

Ze zagen de afslag Zwolle staan en besloten die te nemen, want de benzine was bijna op. Ze besloten richting het station te rijden, zodat ze verder konden reizen met de trein. Er dook een politieauto achter hun op. Katja werd zenuwachtig en sloeg af. De politie auto deed hetzelfde. Katja gaf gas en even liep ze uit, maar dat was niet lang. Ze zagen een smal steegje en besloten te proberen om daar in te slaan, want ze hadden ten slotte een kleine auto. Het was Katja gelukt, maar ze had aan beide kanten maar een paar centimeter over dat ze stapvoets verder reed. De politieagenten stapten uit de auto en renden achter hun aan. Ze kwamen steeds dichter bij. Katja zag het ook en wou sneller, maar haar voeten werkten niet mee. Uiteindelijk lukte het om de snelheid op te voeren. De steeg werd iets breder. Opeens begon de auto te hikken, de benzine was op. Katja zette de auto aan de kant. Ze stapten uit. Ze Renden zo snel dat ze konden roekeloos wat straten door om de politie zo ver mogelijk uit de buurt te houden.

Ze liepen een supermarkt in. Ze dachten dat ze hier voorlopig veilig waren. Er werd omgeroepen dat het negen uur was, de winkel ging sluiten. Ze moesten dus weer naar buiten.

Op hetzelfde moment zaten de ouders van Katja bij de politie. De vader van Katja werd boos dat ze hun hadden laten ontsnappen. Hij liep boos het politiegebouw uit. Katja en Steven kregen honger, maar de meeste winkels waren al dicht of waren bezig met sluiten.

Gelukkig was het zaterdagavond, uitgaansavond. Veel mensen die uitgaan hebben dan nog wel zin in een stevige hap. Ze kwamen langs een cafeetje waar het druk was. Katja had nog wel een goed idee om aan eten te komen. Ze zei we gaan net doen alsof we bij een hele grote groep horen. En zo deden ze het ze gingen naar binnen. Eerst ging Steven in de rij staan en pakt veel eten, toen hij bij de kassa kwam, zei hij tegen de vrouw dat hij bij Katja hoorde. Katja knikt. Katja pakt op haar buurt ook veel eten. Toen zij bij de kassa aankwam, zei ze wij horen bij dat groepje hun zouden betalen. De vrouw achter de kassa geloofden hun ze pakte het dienblad en liep naar de deur. Onderweg zette ze het blad op een tafeltje graaide haar eten eraf een rende naar buiten naar het steegje waar Steven al stond te wachten.

Ze zochten een plek om het rustig op te eten. Ze besloten om naar het treinstation te gaan. Er was een grote kans dat daar een politieauto stond om hun op te wachten dus besloten ze aan de achterkant van het gebouw over de omheining te klimmen. Ze zochten een trein die zijn laatste rit al had gedraaid. De conducteur was nog bezig met zijn laatste ronde. Als hij uit een coupe kwam en naar een andere ging. Gingen ze gauw die coupe in. Ze hebben hun eten opgegeten en gingen slapen.

De volgende morgen werden ze wakker gemaakt door een conducteur. Hij was niet boos op hun, maar liet ze gaan en zij dat dit een goede les voor hen moet zijn. Ze liepen weg. Ze moesten weg uit Zwolle, want de politie wist dat ze daar waren. Ze besloten naar Nunspeet te gaan, want daar woonde Hans. Een soort oom van Steven. Hij had zelf in de bak gezeten. Steven dacht dat hij hun niet zou aangeven. Nunspeet lag ergens halverwege Amsterdam en er was een trein die daar stopte.

Ze hadden niet genoeg geld om een kaartje te kopen dus reden ze zwart. Bij iedere tussenstop die ze maakten gingen ze naar een andere coupé waar de conducteur al was geweest. En met succes. Ze kwamen aan in Nunspeet zonder betrapt te worden. Ze liepen naar het huis van de kennis van Steven.

Het was een verwilderd huis. Ze belden aan. Hans deed de duur open en was blij verast. Ze mochten binnen komen. Ze kregen eten van hem. Ze hebben hem het hele verhaal verteld. Ze voelden zich op hun gemak bij hem.

Hans ging douchen. In werkelijkheid ging hij naar boven om de politie te waarschuwen. Katja en Steven wisten dat niet. Ze aten lekker door, want ze waren uitgehongerd. Opeens hoorde Steven een sirene. Katja keek naar buiten en zag dat er een politieauto aan kwam rijden. Ze maakten dat ze wegkwamen. Ze renden het bos in, dat vlak naast het huis lag. Ze renden een heel eind verder, voor het geval de politie het bos uit zou gaan uitkammen. Ze kwamen een bankje tegen en besloten dat het een goed moment was voor een pauze.

Katja had in alle haast de ontbijtkoek van de tafel meegenomen. Ze aten nu de helft op. Het bankje stond dicht bij een meertje. Katja en Steven hadden zin om te zwemmen. Ze deden hun kleren uit en gingen lekker in het meer zwemmen. Katja voelde zich helemaal op haar gemak in het water, maar Steven niet. Steven vond het niet erg prettig om al zijn kleren uit te doen. Hij had Katja gezien en vanbinnen was er wat veranderd. Hij vond haar zo mooi, dat hij er zenuwachtig van werd. Uiteindelijk ging hij toch het water in op aandringen van Katja. Ze droogden zich af met wat extra kleren die ze bij zich hadden.

De ouders van Katja waren net gebeld door de politie. Er werd hun verteld dat de politie ze heeft laten ontsnappen. De vader van Katja was zo boos dat hij weer begon te drinken.

Katja en Steven liepen al weer een poosje rond en hadden besloten om met de bus naar Amersfoort te gaan en vanaf daar met de trein naar Amsterdam. Ze kwamen ’s avonds aan in Amsterdam. Katja vroeg aan Steven wanneer hij terug wou gaan naar huis. Steven zei dat hij er wel lol in begon te krijgen. Katja vond het ook heel leuk, maar ze konden niet eindeloos zo door gaan.

Ze hadden honger en dit keer had Steven een plan bedacht. Ze gingen een café binnen en bestelden wat te drinken. Ze zeiden dat ze op hun ouders wachten. Even later vroegen ze om de kaart. Ze wilden vast kijken wat ze allemaal hadden. Ze keken alleen maar naar de voorgerechten. Ze zeiden dat ze eruit waren en tegen de serveerster zeiden ze ook dat hun ouders net hadden gebeld en hadden gezegd dat ze wel vast een voorgerecht mochten bestellen, dus dat doen we dan ook maar. Ze bestelden allebei een voorgerecht en een borrelgarnituur. Katja zei tegen Steven op een normale toon zodat ook de serveerster het kon horen ik ga even kijken of ik ze buiten al zie. Katja bleef een poos weg. Steven stond even later op en kuierde naar de uitgang. Toen hij vlak voor de uitgang was riep hij zogenaamd tegen Katja of ze hun ouders al zag. De serveerster schonk geen aandacht meer aan hen. Steven griste de tassen van de kapstok en rende de stoep af en maakte dat hij weg kwam. Hij rende naar Katja en samen renden ze verder.

Ze moesten nog een slaapplaats hebben voor die nacht. Ze hadden geen geld voor een hotel. Daarbij zou de politie ze dan zo te pakken hebben. Steven kwam op een idee om zijn mobieltje te verkopen. Hij liep het eerste beste café in, maar daar had hij geen succes. Hij werd er door de barkeeper uitgezet. Steven gaf het niet zo gauw op en liep een ander café in. Dit keer kwam hij glundert naar buiten met een stapeltje bankbiljetten. Hij had zijn mobieltje verkocht voor € 50,-. 

Onderweg kwamen ze een zwerver tegen die op een bankje zat en blikje bier dronk. Ze vroegen aan hem of hij nog een slaapplaats wist. Hij wist wel een paar slaapplekken. Een kerk, een paar hotels waar je pas achteraf hoefde te betalen of een kajuitbootje in de gracht. Ze kozen voor het laatste en liepen richting de grachten. Ze vonden een oud bootje wat met een gammel deurtje was afgesloten. Steven maakte het deurtje open, die nacht gingen ze daar slapen.

Die avond bij de politie zei rechercheur Huizinga tegen zijn collega’s dat ze zich in Amsterdam moesten bevinden, want ze hadden hun gsm gelokaliseerd. De volgende dag werd Steven wakker. Hij hoorde trams en een claxon van een scooter en toen opeens hoorde hij een onmiskenbaar geluid van een politiesirene. Hij maakte Katja wakker. Hij zag dat de politieauto vlak bij hun bootje stopte.

Steven maakte het bootje los en ze voeren naar de andere kant van de gracht in de hoop dat ze daar veel eerder waren dan de agenten. De agenten hadden het door en reden over het bruggetje. Steven zag het en ze gingen zo snel mogelijk weer terug. Ze kwamen eerder aan dan de politieagenten ze sprongen van de boot af. Ze renden een smal steegje in. De ene politieagent zette de achtervolging in maar hij verloor steeds meer terrein. Op een gegeven moment zagen Katja en Steven de politieagent niet meer en gingen ze een café binnen. Het was tijd voor een pauze. Katja ging naar de wc om haar tanden te poetsen. Toen ze terug kwam zag ze een krant liggen en haar oog viel op een krantenbericht. Ze wenkte Steven. Ze lazen het bericht en keken in het rond of niemand gemerkt had dat zij het waren. Steven had al betaald en ze liepen zo rustig mogelijk het café uit. Toen ze buiten kwamen keken ze eerst naar links en naar rechts of ze geen politieauto zouden zien.

Ze besloten naar het vondelpark te gaan, want dat is groot. Ze zouden daar niet zo opvallen. In het vondelpark aangekomen, was er in het filmmuseum een trouwfeestje. Ze besloten om daar naar binnen te gaan, want niet iedereen zou elkaar kennen. Ze liepen samen met een ouder echtpaar mee naar binnen. Ze aten zich daar vol en praatte de grootste kletspraat tegen de gasten. Toen ze zich vol hadden gegeten gingen ze weer naar buiten. Ze gingen op een bankje zitten.

Op dat moment hoorde ze een sirene. Ze zagen een politieauto. Ze doken weg in de struiken iets verder op. De auto stopte precies op de plek waar zei net hadden gezeten. De agenten stapten uit en keken rond toen ze niks vonden reden ze weg. Steven vroeg zich af hoe de politieagenten steeds hun exacte verblijfplaats kunnen achterhalen. Toen bedacht Katja dat ze haar mobieltje kunnen opsporen. Ze bedachten dat ze van dat mobieltje af moesten. Ze besloten om hem in een bus te leggen, zodat het leek dat ze nog in beweging waren.

Katja en Steven wandelen door de stad ze gaan verschillende supermarkten binnen en genieten van de gratis hapjes die je in de supermarkten kunt pakken. Ze liepen De Bijenkorf in. Ze liepen door verschillende afdelingen. Ze kwamen op het idee om zich daar in te laten sluiten. Die avond vlak voor sluitingstijd sloten ze zich ongemerkt in, in een kledingkast.

De werknemers waren allemaal weg en de lampen waren uit. Ze kwamen tevoorschijn. Ze besloten om naar het restaurant te gaan wat zich in De Bijenkorf bevond. Ze waren nog wel erg op hun hoede, want misschien liepen er nog wel bewakers rond. Ze kwamen in het restaurant aan en pakten een dienblad en eten. Toen ze allebei een dienblad vol eten hadden liepen ze weer naar de roltrap om naar de kast te gaan, maar toen zagen ze en lichtje bewegen. Het waren bewakers. Ze liepen terug naar de keuken in de hoop dat ze daar niet gezien zouden worden. De bewakers kwamen steeds dichter bij. Ze zeiden tegen elkaar kom we gaan terug we hebben nog meer panden te doen hier is toch niemand. Steven en Katja slaagden een diepe zucht.

Ze liepen nu terug naar de afdeling waar hun kast en allerlei bedden stonden. Ze zochten een comfortabel bed uit waarop ze hun eten op aten. Steven haalde een fles wijn tevoorschijn. Om de beurt namen ze een slok wijn. Een paar uur later was de fles leeg. Ze waren allebei een beetje dronken.

Ze zochten een bed uit en gingen daar slapen. Er gebeurde eerst iets onverwachts, ze gingen met elkaar naar bed. Toen vielen ze allebei in slaap.

De volgende morgen werden ze vroeg wakker. Ze gingen weer naar beneden om eten te halen. Ze namen dat mee naar boven en aten het op de bank op. Rond acht uur doken ze weer terug in de kast, omdat de winkel bijna weer open ging. Toen er mensen begonnen te komen op de afdeling kwamen Steven en Katja ongezien weer te voor schijn en liepen ze de winkel uit.

Op dat moment liepen de ouders van Katja en de Moeder van Steven het politiebureau in. Ze hadden een gesprek met rechercheur Huizinga. Barend vond het ongelofelijk dat ze hun kinderen nog niet hadden gevonden, want ze waren nu toch al 4 dagen weg. De rechercheur zegt dat het niet makkelijk is om de kinderen te pakken, omdat ze vastbesloten zijn om uit handen van de politie te blijven. En de reden dat ze zijn weggelopen is bijzonder. Er zit veel emotie bij, dus moeten ze voorzichtig zijn.

Katja en Steven vinden dat het wel heel erg lang duurt. Ze bedenken een plan om Katja’s ouders te dwingen dat Katja haar kindje mag houden. Ze willen iemand gaan ontvoeren en zullen dat aan de politie doorgeven en hun eis zeggen. Ze dachten dat haar ouders daar wel mee in zouden stemmen.

Ze kwamen de zwerver weer tegen die ze een paar dagen geleden hadden ontmoet. Hij bleek Menno te heten. Ze vroegen aan hem of hij mee wou werken aan hun plan. Hij wou dat wel, maar dan wou hij wel bier en eten hebben. Katja en Steven hadden een voorraadje ingeslagen bij De Bijenkorf. Ze gaven hem een sandwich. Steven liep naar de supermarkt en haalde een paar blikjes bier. Ze besloten het plan uit te voeren op het bootje waar ze al een keer waren geweest.

Ze belden vanuit een café met een mobiel van iemand die daar zat naar de politie om de ontvoering te melden en Katja’s eis te zeggen.

Een paar uur later kwam de politie al bij het bootje en zette er alles af. Er werd een mobiel neergelegd, zodat de politie contact met hun kon maken. Katja nam de telefoon op. Ze kreeg een vrouw aan de lijn. Zij deed de onderhandelingen. Ze vroeg of Katja wel wist waar ze mee bezig was. Katja had niet veel te vertellen. Ze zei ik wil dat mijn ouders met mijn eis akkoord gaan, dan laten we dan man gaan. Katja legde de telefoon weer neer.

De vrouw belde naar Katja’s ouders en vertelde Katja’s eis. De vader van Katja ging er niet mee akkoord. Hij liet zich niet chanteren. De vrouw belde nog een keer naar Katja. Katja vroeg of haar ouders al akkoord waren gegaan. Ze loog ze zei dat ze haar ouders nog niet had kunnen bereiken. Katja legde de telefoon weer neer.

De politie maakte een plan om de boot binnen te vallen via duikers in de gracht. De vrouw belde nog een keer met haar ouders, maar Katja’s vader bleef bij zijn standpunt. Ze gingen het plan uitvoeren om de boot binnen te vallen.

Katja’s moeder werd boos op haar vader. Wat doe je nou dom zei ze. Je dochter heeft één wens en dan doe je zo. Ze besloot zelf en belde de politie op dat ze akkoord gingen.

De duikers waren ondertussen al bij de boot geweest, toen ze te horen kregen dat het plan werd afgeblazen.

Katja kreeg te horen dat haar ouders akkoord gingen. Ze lieten Menno gaan. Even later liepen ze zelf van de boot af.

Een paar maand later was alles goed afgelopen. Katja had haar eindexamen VWO gehaald. Ze hadden beide een taakstraf gekregen voor de dingen die ze hadden gedaan. 

 

De belangrijkste gebeurtenis.

De belangrijkste gebeurtenis is dat Katja haar ouders verteld dat ze zwanger is. Haar ouders willen dat ze het kind laat weghalen, maar dat wil Katja niet. Ze loopt samen met haar neefje Steven weg van huis om haar ouders te dwingen het met haar keuze eens te zijn.

 

De hoofdpersonen en zijn/haar problemen.

De hoofdpersoon is Katja

Katja is zwanger en mag van haar vader het kind niet houden en moet een abortus laten doen. Katja wil dit niet en loopt samen met haar neefje Steven weg. Ze hoopt dat haar ouders zo van gedachte veranderen.

 

Hoe de hoofdpersoon dit probleem probeert op te lossen en of dat ook lukt.

Katja loopt weg van huis om haar ouders te laten inzien dat ze haar kindje echt wilt houden. Haar ouders worden laaiend en geven niet aan haar toe. Als Katja samen met Steven een zwerver ontvoeren, met de politie onderhandelen over de ontvoering en Katja haar eis uitspreekt. Gaan haar ouder na drie keer akkoord. Haar moeder belt haar om te zeggen dat het kind welkom is. Katja heeft haar doel bereikt.

 

De ontwikkeling die de hoofdpersoon doormaakt.

Katja is eerst heel vastbesloten om het kind te houden en loopt daarom weg, omdat ze het van haar ouders weg moet laten halen. Als ze weg is begint ze te twijfelen en weet ze niet meer of het de goede keuze is geweest. Ze zet door, omdat ze altijd het gevoel weer terug krijgt dat het haar kindje is en ze daarvoor moet zorgen. Als ze uiteindelijk van haar ouders het kind mag houden is ze dolblij. Ze haalt haar VWO examen en met de zwangerschap ging alles goed.

 

De belangrijkste andere personen, beschrijf hun relatie met de hoofdpersoon en vertel welke belangrijkste eigenschap ze bezitten.

De bijfiguren zijn: Steven, ouders van Katja, de zwerver en Mike

Steven: Steven is 16 jaar en het neefje van Katja. Hij doet aan pokeren op de computer voor echt geld. Hij kan heel goed met Katja opschieten. Ze vertellen elkaar heel veel. Steven loopt samen met Katja weg om Katja te helpen.

Ouders Katja: de ouders van Katja zijn Barend en Marian van Buren. Het is een gelukkig stel. Barend drinkt op momenten dat hem de spanning te veel word of als hij heel boos is te veel wijn. Als ze horen dat Katja zwanger is worden ze boos, vooral Barend. Ze willen dat Katja een abortus laat doen. Ze dringen hier zo erg op aan, dat Katja geen andere mogelijkheid meer ziet dan weg te lopen.

Zwerver: de zwerver ontmoeten Steven en Katja in Amsterdam. Met de zwerver samen maken ze een plan om een ontvoering na te spelen in de hoop dat Katja’s ouders van mening veranderen, zodat  Katja het kindje mag houden.

Mike: Mike is een jongen van 17 jaar. Hij is het ex-vriendje van Katja. Katja is zwanger van Mike, maar Mike wil niks met het kind te maken hebben.

 

De relaties tussen de hoofdpersonen en de andere personen en de veranderingen daarin.

Katja en Steven zijn de hele tijd dicht bij elkaar in de buurt. Steven begint iets voor Katja te voelen. Als ze opgesloten zitten in de bijenkorf gaan ze een keer met elkaar naar bed, maar daar wordt later niet meer over gesproken. De zwerver helpt hun met hun ontvoeringsplan. Hij vindt dit zelf erg leuk. Ze hebben een leuke band met elkaar, maar als de ontvoering voorbij is, gebeurd er niks met de zwerver. Hij mag Amsterdam weer in. De ouders van Katja geven uiteindelijk Katja haar zin. Katja mag haar kindje houden. Katja hoort niks meer van Mike. Katja en Steven hebben na deze spannende gebeurtenissen nog steeds goed contact met elkaar.

 

Waar de gebeurtenissen zich afspelen.

De gebeurtenissen spelen zich gewoon in Nederland af, want ze lopen weg en rijden roekeloos rond en besluiten dan met de trein naar Amsterdam te gaan. De gebeurtenissen spelen zich af op de volgende plaatsen: bij Katja thuis, in De Bijenkorf, in de trein, in Amsterdam, in de auto van Katja’s vader, in een gestolen auto en bij de politie en in Nunspeet bij Hans.

 

Wanneer de gebeurtenissen zich afspelen.

De tijd waarin het verhaal zich afspeelt kan gewoon in deze tijd zijn, want nu zijn er auto’s en treinen. Het hat zich ook een paar jaar geleden af kunnen spelen. Het speelt zich af in de maand mei. Er word in de maand oktober nog iets verteld over hoe het nou met Katja en Steven gaat. Er zitten 5 dagen tussen de verdwijning en de dag dat ze weer worden teruggevonden. En dan springen ze naar oktober en vertellen ze heel kort hoe het is afgelopen bij de politie en hoe het met Katja gaat.

 

Hoe het verhaal is opgebouwd.

Het verhaal is chronologisch opgebouwd met terugblikken.

 

3. Over de auteur

Joost Heyink is geboren op 14 juni 1946 in Scheveningen. Hij is in zijn jeugd vaak verhuisd. Hij heeft onder andere in Scheveningen, Leeuwarden, Antwerpen, Rotterdam, Garderen, Apeldoorn, Utrecht en Niersen gewoond. Hij wilde geen schrijver worden, maar ontdekkingsreiziger. Helaas was hij daarvoor te laat geboren. Hij studeerde van alles in Groningen, waaronder psychologie. Daarin studeerde hij ook af. In 1992 promoveerde hij in de geneeskunde. Hij had heel veel baantjes en reisde de wereld over in zijn oude Eend. Aan de Universiteit van Groningen deed hij dertien jaar wetenschappelijk onderzoek. Toen hij vijftig was begon hij met schrijven. Eerst korte verhalen. In 2000 verscheen zijn eerste boek voor jongeren. Na een aantal jaren stopte hij met werken. Hij werd huisman en legde zich toe op het schrijven. Joost Heyink is getrouwd met Jolanda en ze wonen samen met hun zoon Joep en hun hond in het dorpje Zuidwolde in Groningen. Zijn hobby’s zijn hockey en tennis.

 

4. Over het boek.

Welke illustratie staat er op de voorkant van het boek? Leg duidelijk uit wat deze illustratie met het boek te maken heeft.

Op de voorkant staan de ogen van een meisje in een soort van auto spiegel. Je ziet een zandweg die lijdt naar een bos. Deze illustratie heeft te maken met, dat als ze net zijn weggelopen moeten ze die eerste nacht ergens overnachten waar niemand ze kan zien. Ze rijden roekeloos rond en rijden dan een zandpad in richting een bos. Daar blijven ze die nacht staan, omdat er ’s nachts niemand in een bos is. En de spiegel met de ogen heeft te maken met dat Katja die in de auto rijd en in de spiegel kijkt.

 

Is het boek aan iemand opgedragen? Probeer erachter te komen wie het zijn en wat ze met de schrijver te maken hebben.

Het boek is aan niemand opgedragen.

 

Beschrijf de plaatsen die voorkomen in het boek. Verklaar waarom de schrijver hiervoor gekozen heeft en wat ze met het verhaal te maken hebben.

De plaatsen waar het verhaal zich afspeelt zijn: bij Katja thuis, in De Bijenkorf, in de trein, in Amsterdam, in de auto van Katja’s vader, in een gestolen auto, bij de politie en in Nunspeet bij Hans

Katja thuis, omdat Katja thuis woont en daar alles gebeurd wat zij meemaakt naar school.

De Bijenkorf, want is een grote winkel waar ze zich goed kunnen verstoppen, omdat ze niet gevonden mogen worden.

De trein, want veel mensen reizen met het openbaar vervoer en daar vallen ze minder op. Ze moesten een overnachtingsplaats hebben en ze dachten dat ze daar ongezien konden wegkomen en daar dus goed konden overnachten zonder dat iemand het door had.

In Amsterdam, want is een grote stad, waar veel onbekende mensen zijn en maar weinig mensen hun kennen, zodat als iemand ze herkent ze gauw weg kunnen komen en naar een ander deel van de stad kunnen gaan.

In de auto van Katja’s vader, want daar konden ze die nacht gemakkelijk mee weg komen, toen ze samen met Steven weg liep van huis.

In een gestolen auto, want de auto van Katja’s vader konden ze zo traceren, omdat ze het kentekenplaat hadden, daarom hadden ze een auto gestolen bij een verlaten garagebedrijf, zodat de politie niet meer wist in welke auto ze reden.

Bij de politie, als je weggelopen bent, doen je ouders altijd aangifte bij de politie. De politie gaat dan naar je op zoek en je ouders blijven daarbij betrokken. Ze krijgen daarom af en toe een evaluatiegesprek over hoe het er voor staat met de verdwijning.

In Nunspeet bij Hans, omdat Hans een soort oom is van Steven. Hij belt de politie als Steven en Katja aan het ontbijten zijn.

 

Vanuit welk perspectief is het verhaal geschreven leg uit!

Het verhaal wordt uit het perspectief van de schrijver verteld, want ze zeggen de hele tijd als het over Katja gaat: ´in Katja komt een angst gevoel naar boven´. Dus geen ik-vorm.

 

Heeft het verhaal een open of gesloten einde? Leg ook dit uit.

Het verhaal heeft een open einde, want het stopt bij dat Katja zwanger is en ze haar VWO diploma heeft gehaald, maar je weet niet of de bevalling goed gaat hoe Katja de opvoeding gaat doen en hoe het verder gaat met Steven. Ze zouden hier zo een vervolg op kunnen schrijven over hoe Katja de opvoeding gaat doen en of Steven daar ook nog een rol in gaat spelen, omdat ze het goed met elkaar kunnen vinden.

 

5. Leeservaring.

Onderwerp:

Het onderwerp van het verhaal spreekt mij aan, omdat je niet vaak een meisje van 17 tegenkomt die zwanger is en zo vastbesloten is om het te houden en daarvoor zelfs wegloopt bij haar ouders, omdat die het er niet mee eens zijn. Het verhaal heeft mij nieuwe kanten van het onderwerp laten zien, want vaak zijn meisje van 17 die onverwacht zwanger zijn niet zo vast besloten of ze het kind willen houden of niet . Ik verwacht van ouders dat ze er in deze moeilijke tijd van hun dochter zullen zijn, maar hier dwingen ze haar een abortus op. Ik ben door het verhaal aan het denken gezet, want ik vind het knap dat een meisje van 17 al zo vast besloten is om haar kindje te houden en het op wil voeden, terwijl ze zelf nog een kind is en ze helemaal geen diploma’s heeft. Er is uitgekomen wat ik van te voren van het verhaal dacht, want ik had wel verwacht dat ze het kind uiteindelijk van haar ouders wel zou mogen houden en dat haar ouders achter haar zouden gaan staan. In het verhaal heeft de vader vooral een mening dat een zijn dochter nog te jong en er niet klaar voor is om een kind groot te brengen. Ik vind dat je je dochter een kans moet geven als ze er zelf voor wil gaan. Ik ben door het lezen van het verhaal niet anders over het onderwerp gaan denken, want ik snap zelf niet dat iemand abortus zou kunnen plegen, wel als het door bepaalde omstandigheden komt bijvoorbeeld verkrachting. Het onderwerp wordt goed uitgewerkt, want ze vertellen precies waarom ze weg loopt en wat ze nou wil gaan doen. Het onderwerp is verrassend uitgewerkt, want je verwacht bijvoorbeeld niet dat ze gaan stelen. Ik vind dat alle kanten van het onderwerp goed worden uitgewerkt. Ik heb nog nooit eerder een verhaal over dit onderwerp gelezen.

Gebeurtenissen:

Het verhaal bevat genoeg gebeurtenissen om je te blijven boeien, want het gaat van de ene gebeurtenis over in de andere gebeurtenis. Ik vind dat er genoeg tempo in het verhaal zit, want er gebeurd voldoende tijdens het wegloop avontuur van Katja en Steven. Het gaat over beide, want er gebeurt heel veel in de tijd dat Katja en Steven zijn weggelopen, maar er wordt ook wel verteld hoe Katja zich voelt tijdens het weglopen en dat ze soms niet meer weet of ze het wel aankan. Ik vind wel dat het iets meer mag gaan over wat Katja voelt en waar ze over na denkt. De gebeurtenissen hebben indruk op mij gemaakt, vooral de gebeurtenis dat ze een ontvoering van een man in scene zetten en dat ze in De Bijenkorf blijven slapen, want ik zou dat zelf nooit gedurfd hebben. De gebeurtenissen zijn wel geloofwaardig, want als je echt vastbesloten bent dat je het kind wil houden en pas weer terug gaat als je ouders het ermee eens zijn. Ik kan wel begrijpen dat je tot zulke dingen in staat bent als je echt iets wil bereiken. Ik zou alleen zelf niet zo ver gaan, dat ik een ontvoering pleeg. De gebeurtenissen zijn voor mij niet herkenbaar. De gebeurtenissen zijn verrassend, want je verwacht niet dat kinderen van 16 en 17 jaar eten gaan stelen en in de bijenkorf blijven slapen. Ik heb zelf nog nooit zoiets meegemaakt als in het onderwerp van dit verhaal. In dit verhaal staan geen gebeurtenissen die ik graag zou willen meemaken, want ik zou het niet leuk vinden als ik zwanger zou zijn en mijn ouders zouden mij een abortus opdringen.

Personages:

De hoofdpersoon gaat voor mij leven, want je weet wat ze voelt en waarom ze graag haar kindje wil houden. Ik kan mij goed verplaatsen in de problemen en de gedachtewereld van de hoofdpersoon, want ik kan me heel goed voorstellen, dat als je zwanger bent op 17 jarige leeftijd dat je dan je kind wel wilt houden en dat je dan tot veel in staat bent als je ouders je willen dwingen om abortus te plegen. De hoofdpersoon is voor mijn wel een heldin, want ze neemt heel veel risico’s om haar kind te mogen houden en gaat daar heel erg ver voor. Ik zou dat zelf niet durven. Ik vind de ideeën van de verhaalpersonen aan de ene kant wel goed, maar aan de andere kant niet, want ik snap wel dat je als ouders je kind niet op zo’n jonge leeftijd zwanger wilt hebben, maar ik zou haar niet dwingen tot abortus, want het is voor haar ook moeilijk. De verhaalpersonen hebben mij niet beïnvloed. Het gedrag van Katja heeft mij aan het denken gezet, want als je je kind wil houden, snap ik wel dat je daar ver voor wilt gaan. Ik zou dat zelf niet doen, want ze zet haar eigen leven ook op het spel met het stelen. En bij het stelen kun je personen tegenkomen die je liever niet wil tegenkomen en je kan ervoor in de gevangenis komen. Als je in de gevangenis zit, geef je je kind ook geen  Je komt van de personages genoeg te weten om hun gedrag te begrijpen. Je hoeft niet veel in te vullen bij de personages om ze te kunnen begrijpen, want ze hebben een duidelijke mening over dat Katja zwanger is en daar gaat hun gedrag ook over, dus je kunt het goed koppelen met elkaar. De personages veranderen door wat ze meemaken, want de ouders van Katja en dan vooral haar vader wou dat ze abortus ging plegen, maar omdat ze was weggelopen en zelfs een man heeft ontvoerd om haar zin te krijgen en uit eindelijk draaien haar ouders bij en mag ze het kindje houden. Ik vind de beslissing van de ouders dat ze perse een abortus moet plegen onbegrijpelijk, want ze luisteren niet eens naar haar verhaal. Ik snap ook niet dat ze zo laat pas bijdraaien, als ouders draai je lijkt mij toch eerder om als je kind al een tijdje weg is gelopen en zelf een auto steelt terwijl ze nog niet eens een rijbewijs heeft en dan geef je toch eerder aan haar toe, zodat ze niet nog meer domme dingen doet.

Bouw:

De gebeurtenissen volgen logisch op elkaar. Het verhaal is spannend opgebouwd, omdat je weinig weet van de politie wat die allemaal doen en de gebeurtenissen die er afspelen zijn ook heel spannend, bijvoorbeeld als ze eten gaan stelen in een restaurant, dan heb je voortdurend de vraag gaat het lukken of worden ze betrapt. Het verhaal heeft geen ingewikkelde opbouw, dat komt doordat de en logisch op elkaar volgen. Er zijn twee verhaallijnen die goed met elkaar verbonden zijn, want eerst gaat het over Katja en dat ze haar ouders verteld dat ze zwanger is en dan gaan ze over naar Steven wat hij die avond doet en wat zijn interesses zijn. Later komen de twee verhaallijnen samen als ze samen weglopen. Het verhaal bevat terugblikken, want soms wordt er iets verteld wat Katja kort daarvoor heeft meegemaakt. Het verhaal bevat ook een tijdsprong, want ze worden weergevonden in mei en dan beginnen ze in oktober nog kort te vertellen hoe het is afgelopen en hoe het nu met ze gaat. Het verhaal heeft een goed slot die goed bij het verhaal past, want de ouders van Katja geven toe dat ze het kind mag houden. Katja en Steven krijgen wel een taakstraf voor de dingen die ze allemaal gedaan hebben.

Taalgebruik:

Het verhaal is makkelijk te lezen, omdat het taalgebruik makkelijk is en er weinig moeilijke woorden instaan. De zinnen makkelijk te lezen en het verhaal bevat weinig moeilijke woorden. Het verhaal bevat weinig beschrijvingen en dat heeft geen invloed op het verhaal en ook niet op het verteltempo. Er zitten weinig gesprekken in het verhaal alleen een paar met de politie en dat is wel prettig, want dan weet je ook waar die mee bezig zijn.

 

6. verwerkingsopdracht.

Schrijf een brief aan een van de ouders van de hoofdpersoon. Leg daarin uit wat je vindt van zijn/haar gedrag en waarom. Geef aan in welke situaties je vindt dat de ouder iets anders had moeten doen.

Haaksbergen, 22 oktober 2012

 

Beste meneer Van Buren,

Ik vind uw gedrag in het verhaal niet zo goed. U denkt alleen maar aan u zelf. Als er iets gebeurt wat u niet bevalt of u niet verwacht wordt u boos en begint u te drinken. U heeft het in het verhaal wel over dat u verantwoordelijk bent voor haar, dat is ook wel zo, maar dan moet u zelf wel het goede voorbeeld geven en dat doe je niet als er iets gebeurd wat u niet verwacht door dan gelijk boos te worden en te gaan drinken.

In deze situaties had u iets anders moeten reageren:

Als Katja u verteld dat ze zwanger is, had je haar niet meteen zo hard moeten aanpakken en haar moeten laten uitpraten en haar mening ervan laten zeggen en over hoe zij het wil gaan doen en niet meteen uw ding opleggen dat ze een abortus moet laten uitvoeren, want dat licht heel gevoelig. U had beter even rustig kunnen praten en als u dat op dat moment niet kunt moet je even de tijd nemen en een andere keer erover praten, zodat je samen tot een oplossing was gekomen. Misschien was Katja dan wel niet weggelopen.

 Als de politie u op belt dat ze weten waar Katja is en haar ze aan u haar eis verteld wat ze wil, dat u dan meteen op dat moment zegt van nee daar ga ik niet mee akkoord, ik wil dat ze abortus laat doen. Ik snap dat niet, want als u de eis weet die Katja heeft en die is eigenlijk best eenvoudig, dan ga je daar toch mee akkoord, want ze heeft u nu toch laten zien dat ze dat kind echt wil houden, want anders gaat ze daar niet zo ver voor.

Ik hoop dat u iets met deze tips kunt.

Met vriendelijke groet,

Annemarie te Grefte

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb